Kernprofiel

In een kernprofiel staan de resultaten, gedragsindicatoren en competenties van een functiegroep beschreven. Hierover worden jaarlijks resultaat- en ontwikkelafspraken gemaakt.

Het kernprofiel is – net als het kwaliteitenprofiel- de basis voor werving en selectie, resultaat- en ontwikkelafspraken, loopbaanstappen, leerlijnen, personeels- en vlootschouw, organisatie- en formatierapporten.

In het kernprofiel staat in algemene bewoordingen welke resultaten bereikt moeten worden en welke competenties daarvoor nodig zijn. Een kernprofiel bestaat standaard uit:

  1. Doel van de functie.
  2. Resultaatgebieden, met per resultaatgebied een aantal resultaten. 
  3. Competenties met gedragsindicatoren.  

In het kernprofiel staat welke resultaten moeten worden behaald en welke succesvol gedrag en competenties (in termen van gedragsindicatoren) daarvoor benodigd zijn. Het kernprofiel wordt onder andere gebruikt voor het maken van resultaatafspraken in het personeelsgesprek (conform de Regeling personeelsgesprek sector Rijk) en met behulp van de gedragsindicatoren bespreekbaar maken van de al dan niet behaalde resultaten.

De kernprofielen zijn schematisch opgebouwd.

Toelichting op de kolommen:

  • In Resultaatgebieden staan de vier onderwerpen vermeld waarover resultaten zijn geformuleerd. Resultaatgebieden zijn uitsluitend “etiketten” voor een cluster van vergelijkbare elementen;
  • In Resultaten staan per resultaatgebied de generieke resultaten genoemd van de betreffende functiegroep;
  • In Gedragsindicatoren staat het succesvolle gedrag vermeld dat vertoond moet worden om de resultaten (producten en diensten) te kunnen leveren. Gedragsindicatoren beschrijven gedrag dat nodig is om de resultaten te leveren. Niet het gedrag om de beste prestaties te leveren;
  • In Competenties zijn, afgeleid van de gedragsindicatoren, de meest passende competenties vermeld. Deze competenties, behorend bij een cluster van gedragsindicatoren en  zijn afkomstig van de competentietaal Rijk.

 

Toelichting op de rijen:

  • In Opdracht(gever) (politiek/ambtelijk) zijn de resultaten (producten, diensten) genoemd die moeten worden geleverd aan de opdrachtgever. De opdrachtgever kan een interne klant zijn (politieke of ambtelijke leiding, collega, andere afdeling, directie, departement, uitvoeringsorganisatie, (onderzoeks)instituut, inspectie, bedrijfsvoeringeenheid, etc.) of een externe klant (andere organisatie, burger, etc.);
  • In Omgeving staat hoe de omgeving, omgevingssignalen en relevante ontwikkelingen betrokken en/of geraadpleegd worden bij de product- en dienstverlening. Dat kan zijn: raadpleging van in- en externe bronnen, afstemming met relevant betrokkenen (netwerk), aanlevering van producten- of diensten aan andere relevant betrokkenen/partijen of hen hierover tijdig en adequaat informeren en/of actief onderhouden netwerk;
  • In Bedrijfsvoering zijn de interne kaders en voorwaarden vermeld waaraan medewerkers zich moeten houden en/of waaraan medewerkers bijdragen leveren om te komen tot een verantwoorde product- en dienstverlening. Dit betreft onder andere wet- en regelgeving, jurisprudentie, AO/IC-procedures, P&O-taken, afspraken, tijd, inzet medewerkers (team), budget, kwaliteit, bedrijfsinformatie, etc.;
  • In Vernieuwen en Verbeteren staan de bijdragen vermeld die medewerkers moeten leveren om kennis(deling), methoden, producten, oplossingen, werkprocessen actueel te houden en te verbeteren en/of vernieuwingen te genereren en te implementeren.